De patiënt-therapeut relatie als middel voor een langdurige actieve leefstijl

Geplaatst op: maart 4, 2024

Een actievere leefstijl is van cruciaal belang voor mensen met een chronische longziekte om hun ziekte te managen en om progressie van de ziekte tegen te gaan. Mensen met een longziekte moeten hiervoor hun gedrag veranderen om de klachten die zij hebben te verbeteren of om de ziekteprogressie te vertragen. Dit zelfmanagement van patiënten bij het veranderen van hun gedrag vereist langdurige therapietrouw: een actieve leefstijl blijven volhouden.

Uit het onderzoek van Ellen Ricke, gepromoveerd aan de universiteit van Groningen, bleek dat een van de belangrijkste factoren om therapietrouw te blijven aan een beweegprogramma bij mensen met COPD, de patiënt-therapeut relatie was1. Uit eerdere onderzoeken, bij andere doelgroepen, blijkt ook de patiënt-therapeut relatie van groot belang te zijn voor therapietrouw. Als de patiënt-therapeut/coach relatie goed is, blijkt de therapietrouw beter te zijn, evenals de behandeluitkomsten. De relatie tussen patiënt en therapeut/coach in therapeutische/coachende situaties verwijst naar het gevoel van samenwerking, warmte en ondersteuning tussen de patiënt en de therapeut/coach. Een verstoorde patiënt-therapeut/coach relatie kan ontstaan wanneer patiënten zich bijvoorbeeld niet gehoord, niet gerespecteerd of anderszins niet in partnerschap voelen met hun therapeut/coach. De patiënt-therapeut/coach relatie heeft een directe invloed op de tevredenheid van de patiënt, gedefinieerd als “de mate waarin het individu de gezondheidsdienst of het product of de manier waarop het wordt geleverd door de aanbieder als nuttig, effectief of gunstig beschouwt”.

Het fundament van de patiënt-therapeut/coach relatie wordt gevormd door vier elementen. De therapeut/coach moet zich bewust zijn van deze elementen en hierin investeren om mensen met een chronische longziekte te kunnen ondersteunen bij een blijvende gedragsverandering; een langdurige actievere leefstijl.

De vier basiselementen van de patiënt-therapeut/coach relatie:

  1. Vertrouwen; mensen met een chronische longziekte die hun therapeut vertrouwen en “aardig vinden”, zijn meer tevreden en voelen zich beter in staat om gewenst gedrag uit te voeren. 
  2. Kennis; wanneer therapeuten/coaches kennis hebben van de zorgen van mensen met een chronische longziekte en inspelen op de verwachtingen van deze mensen, neemt de tevredenheid van mensen met een chronische longziekte toe, evenals wanneer therapeuten/coaches patiënten de gelegenheid geven om informatie te delen. 
  3. Aanzien (in de zin van waardering en respect); vriendelijkheid, warmte, emotionele steun en zorgzaamheid (aanzien) van therapeuten/coaches hangen samen met patiënttevredenheid.
  4. Loyaliteit; mensen met een chronische longziekte voelen zich meer tevreden wanneer therapeuten/coaches blijvende steun bieden (loyaliteit); continuïteit van zorg verbetert de tevredenheid van mensen met een longziekte (het gaat niet om de frequentie, maar om de continuïteit).

Wanneer een nieuwe patiënt voor behandeling komt, zijn al deze vier elementen nog niet aanwezig. Daarom is het belangrijk dat een therapeut/coach zich hiervan bewust is en investeert in de patiënt-therapeut/coach relatie (investeren in vertrouwen, kennis, aanzien en loyaliteit). Wanneer een patiënt al langere tijd onder behandeling is, bestaat het risico dat de patiënt-therapeut/coach relatie minder goed wordt. Een manier om de relatie en de resultaten van de patiënt te verbeteren, is door feedback van de patiënt te verzamelen en te verwerken in de behandeling.

Bent u na het lezen van deze informatie over de patiënt-therapeut relatie geïnteresseerd in het volledige artikel of het volledige onderzoek naar therapietrouw? U kunt dit lezen door op de volgende link te klikken: https://books.ipskampprinting.nl/thesis/601412-ricke/124/

Ellen Ricke: https://www.linkedin.com/in/ellen-ricke-0134971b/

Referenties

  1. Ricke E. Towards understanding exercise adherence in chronic obstructive pulmonary disease [proefschrift]. Groningen: Rijksuniversiteit Groningen; 2023.